Skip to content
Monitoring Leveringszekerheid 2023

Monitoring Leveringszekerheid 2022

De elektrificatie van de samenleving en de Europese sluiting van gas-, kolen- en kerncentrales in combinatie met onzekerheid over de ontwikkeling van genoeg flexibiliteit, kunnen in 2030 voor het eerst tot een overschrijding van de leveringszekerheidsnorm in Nederland leiden. Dit blijkt uit het rapport 'Monitoring Leveringszekerheid 2022', een analyse die TenneT jaarlijks in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat uitvoert.

Leestijd
2 Minuten

Laatste update
27-1-2023

In het rapport 'Monitoring Leveringszekerheid 2022' analyseert TenneT aan de hand van tientallen scenario’s of er voldoende productiecapaciteit in Nederland beschikbaar is om aan de binnenlandse elektriciteitsvraag te kunnen voldoen op de korte, middellange en lange termijn. Het blijft van belang dat er actief beleid wordt gevoerd om ervoor te zorgen dat de markt tijdig voldoende flexibiliteit aan de vraag- en aanbodzijde realiseert om de leveringszekerheid op de lange termijn te blijven waarborgen.

Conclusies uit het rapport
  • Tot 2025 is in Nederland voldoende binnenlandse productiecapaciteit aanwezig om in de nationale elektriciteitsvraag te voorzien. Door TenneT’s elektriciteitsverbindingen met het buitenland (interconnectie) is er ook in extreme weer- en uitvalscenario’s tot 2025 geen overschrijding te verwachten van de norm*(maximaal 4 uur per jaar een gedeeltelijk tekort aan elektriciteitsaanbod ten opzichte van de vraag).
  • Vanaf 2030 neemt de leveringszekerheid af ten opzichte van voorgaande analyses van de Monitoring Leveringszekerheid. In het basisscenario wordt de leveringszekerheidsnorm (4 uren) voor het eerst met 0,5 uur overschreden tot een niveau van 4,5 uur. 
  • Door de afnemende mogelijkheid van ondersteuning vanuit omringende landen, door o.a. sluiting van gas-, kolen- en kerncentrales, neemt het belang van voldoende beschikbare flexibiliteit aan vraag en/of aanbodzijde binnen Nederland toe. Ook uitbreiding van de capaciteit van stroomverbindingen met het Verenigd Koninkrijk en Scandinavië kunnen bijdragen aan een hogere leveringszekerheid.
Leveringszekerheid minder vanzelfsprekend

Met een beschikbaarheid van 99,99963% was de bedrijfszekerheid van de hoogspanningsnetten in Nederland afgelopen jaar opnieuw zeer hoog, maar het energiesysteem en de elektriciteitsmarkt zijn volop in beweging. Maarten Abbenhuis, COO van TenneT: “Leveringszekerheid heeft momenteel terecht de volle politieke en maatschappelijke aandacht. Sinds de Russische aanval op Oekraïne en de daaropvolgende energiecrisis ligt onze afhankelijkheid van andere landen voor de energievoorziening duidelijk aan de oppervlakte en is leveringszekerheid van energie minder vanzelfsprekend dan voorheen. Het streven om de klimaatdoelen te halen, waarbij we niet of veel minder afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen is alleen reëel met sterke Europese samenwerking. Hieruit komen nieuwe uitdagingen naar voren die de komende jaren steeds meer aandacht vragen.”

Voldoende productiecapaciteit tot 2025 

Tot 2025 is de leveringszekerheid in Nederland binnen de norm. Er is in deze periode voldoende productiecapaciteit in Nederland om de nationale elektriciteitsvraag te dekken. Op de middellange tot lange termijn (2025-2030) nemen de onzekerheden toe. In Nederland en de meeste landen in Europa, zal sprake zijn van toenemende elektrificatie van de samenleving. Een verdere afname van het productievermogen van gas-, kolen- en kerncentrales en een toename van het aandeel variabele duurzame opwek maakt het elektriciteitssysteem steeds weersafhankelijker. 

Mogelijke tekorten door onzekerheden in flexibiliteit

Vanaf 2030 kunnen productie tekorten ontstaan, waardoor mogelijk niet op alle uren van het jaar volledig aan de gewenste elektriciteitsvraag in Nederland kan worden voldaan. Dit hangt nauw samen met de aanname van de beschikbare hoeveelheid flexibiliteit, bijvoorbeeld uit batterijcapaciteit. De huidige aannames zijn onder andere gebaseerd op aanvragen van marktpartijen voor aansluiting van batterijcapaciteit. De daadwerkelijke realisatie is nog onzeker. Hoe vaak en hoe groot toekomstige tekorten zullen zijn, wordt mede beïnvloed door de ontwikkeling van internationale stroomverbindingen, vraagsturing, investeringen in nieuwe centrales of sluiting van bestaande centrales zowel in Nederland als in het buitenland. De risico’s rondom deze ontwikkelingen zijn toegenomen ten opzichte van eerdere analyses, met name door voorziene ontwikkelingen in het buitenland, die concreter in kaart zijn gebracht door de Europese hoogspanningsnetbeheerders.  

Investeer in flexibiliteit en interconnectie

Abbenhuis: “Om de toekomstige leveringszekerheid veilig te stellen, zal beleid zich met name moeten richten op flexibilisering van de vraag, ontwikkeling van opslag en stimulering van regelbare opwekcapaciteit. Welke bronnen van flexibiliteit zullen worden gebruikt om de leveringszekerheid richting 2030 te ondersteunen, staat open voor discussie. Tegelijkertijd kan bijvoorbeeld de uitbreiding van de interconnectiecapaciteit met het Verenigd Koninkrijk of Scandinavië een belangrijke bijdrage leveren aan leveringszekerheid in de jaren die volgen op 2030.” 

* Deze norm is een verwachtingswaarde voor het aantal uren per jaar dat met de beschikbare productiecapaciteit niet aan de vraag zal kunnen worden voldaan, de zogenaamde Loss of Load Expectation (afgekort LOLE). Als criterium voor de adequaatheid van een systeem wordt een maximale LOLE-waarde gehanteerd: het aanvaardbaar geachte risico dat gedurende een bepaalde hoeveelheid uren per jaar niet aan de vraag zou kunnen worden voldaan; deze waarde vertaalt zich eenduidig in de hoeveelheid tenminste vereiste productievermogen. De gehanteerde LOLE-norm voor de beoordeling van het Nederlandse systeem bedraagt 4 uren per jaar.